vijanden en bedreiging

Tuimelaars hebben nauwelijks natuurlijke vijanden. Grotere haaien en orka's kunnen soms wel tuimelaardolfijnen aanvallen, vooral de jongere dieren of moeders met hun kalf. Tuimelaardolfijnen kunnen deze aanvallen ook overleven. Dat heeft men kunnen zien aan de littekens die wilde dolfijnen aan zulke aanvallen hebben over gehouden.

 

De grootste vijand van tuimelaardolfijnen is echter de mens. Bijvangst is al jaren een grote bedreiging voor de dolfijnen. Ze komen vast te zitten in visnetten en komen er niet meer uit. Ook al is het niet de bedoeling van de vissers om de dolfijnen te vangen, sterven er toch heel veel dolfijnen door hun netten. Om dit tegen te gaan worden er nieuwe visnetten ontworpen en wordt er onderzoek gedaan naar zogenaamde 'pingers'. Dit zijn kleine apparaatjes die een geluid uitzenden die de dolfijnen moeten afschrikken, om ze zo weg te houden bij de visnetten.
Een nog grotere bedreiging voor de dolfijnen is waarschijnlijk de aantasting van hun leefgebied door de mens. Voorbeelden daarvan zijn: vervuiling van het water waar ze in zwemmen en de lucht die ze inademen, afval, geluidsoverlast, overbevissing, verstoring of bebouwing in het leefgebied.